- opzien
- opzien1{{/term}}〈het〉♦voorbeelden:¶ (veel) opzien baren, wekken, maken • faire sensation————————opzien2{{/term}}〈onovergankelijk werkwoord〉1 [opkijken] lever les yeux2 [+ tegen][vrezen] appréhender (de faire qc.)3 [+ tegen][bewonderen] avoir de l'admiration (pour qn.)♦voorbeelden:1 〈figuurlijk〉 daar zullen ze van opzien • ils ouvriront de grands yeux2 tegen de moeite opzien • reculer devant la peine3 hoog tegen iemand opzien • avoir une grande admiration pour qn.
Deens-Russisch woordenboek. 2015.